Mondkanker bij gemarginaliseerden

De Sri Lankaanse jezuïet Sumeth Perera SJ heeft een belangrijk doctoraat in de genetica in Oxford behaald. Hij ontdekte een belangrijke schakel in het kankeronderzoek.

“De behandeling van kanker wordt steeds geavanceerder,” legt pater Perera uit. “Maar er zijn nog steeds grote hiaten in ons begrip van hoe behandelingen werken en waarom ze kankergroei niet altijd blokkeren. Eén van die gaten is hoe de nano-blaasjes (exosomen) die het gezwel afscheidt, functioneren. Het nieuwe fenomeen dat ik hier heb ontdekt, genaamd ‘exosome switching’, kan uiteindelijk de manier beïnvloeden waarop we kankerpatiënten behandelen en hoe we bepalen of behandelingen werken.”

Pater Perera's interesse in en onderzoek naar kankerbehandelingen begon een jaar of tien geleden in Sri Lanka, met een kanker die de armen onevenredig treft. “Mondkanker komt veel voor bij de meest gemarginaliseerde mensen in Zuid-Azië. Het wordt veroorzaakt door een vorm van drugsmisbruik – verslavend gebruik van betel quid. Omdat het de armen in Zuid-Azië onevenredig veel raakt, hebben ontwikkelde landen weinig reden om een ​​remedie te vinden”, legt hij uit.

Verder studeren in VS

Pater Perera ontwikkelde het eerste diermodel voor deze kanker tijdens zijn studie aan de Peradeniya University in Sri Lanka. In 2012 ging hij naar Groot-Brittannië om verder te studeren in Londen en Oxford. Met zijn doctoraat op zak vertrekt paterPerera nu naar het National Cancer Institute in Frederick, Maryland, VS. Daar begint hij aan een postdoctoraal fellowship in kankerbiologie.

Het belang van de bevinding van pater Perera werd al in 2014 erkend. Toen ontving hij voor zijn onderzoek de tweede prijs van de Peter Beaconsfield Prize, in de categorie medische wetenschappen.