P. Sosa roep op om ook met niet-christenen te onderscheiden

Afgelopen zomer bezocht Pater Generaal Arturo Sosa SJ Oost-Azië. Hij beantwoordde de vraag: hoe leef je als christen binnen je eigen cultuur? Hij zag uitdagingen voor kerk, jezuïeten en jongeren.

Hoe kan de kerk in Azië  het evangelie belichamen in alle verschillende culturen? Dat ziet pater Arturo Sosa als dé uitdaging van de kerk in Azië. Voor Aziatische christenen is de uitdaging om een christelijke leven te leiden dat geworteld is in de eigen cultuur.

“Dit brengt een spanning met zich mee”, merkte pater Sosa op. Die beschreef hij als een “moeilijk evenwicht” tussen het behouden en ontwikkelen van de rijkdom van culturen en tradities in Azië en de effecten van globalisering en van economische en sociale ontwikkelingen

Maagd Maria

Terugkijkend op zijn bezoek aan de jezuïetenmissie in Cambodja zei pater Sosa: “De Cambodjanen hebben een eigen manier om de Maagd Maria af te beelden, die zeer rijk is. Zelfs als je geen Cambodjaan bent, kun je de universele symbolen van de katholieke kerk erin herkennen, net als de culturele traditie van het land.”

Voor de jezuïeten in Azië, in het gebied van de Stille Oceaan, is de uitdaging volgens Pater Generaal om te komen tot de gemeenschappelijke onderscheiding. De 36^e  Algemene Congregatie vraagt dat aan hen die leven ​​in een context waarin christenen een minderheid vormen.

Ook onderscheiden met niet-christenen

“We moeten komen tot gemeenschappelijk onderscheiding in onze verschillende leefgemeenschappen. We zijn uitgenodigd om gezamenlijk te onderscheiden met de leken met wie we de missie delen. Maar we worden ook uitgenodigd om samen met niet-christenen te onderscheiden, en dát is een uitdaging,” zei pater Sosa.

“Hoe gaan we in dialoog met mensen die ons geloof niet delen, maar die zich inzetten voor de apostolische missie?” vroeg hij. “De Geestelijke Oefeningen zeggen dat God met ieder mens communiceert. Dat betekent dat we ook moeten proberen te zien hoe God communiceert met anderen en hoe hij via hen ook met ons communiceert.”

Een manier om dit te doen is door ons leven met hen te delen, zoals hij dat zag in Indonesië tijdens de uitwisseling met moslims aan de Sanata Dharma University. Sommigen van hen hebben meer dan dertig jaar lesgegeven aan de jezuïetenuniversiteit. “Ze identificeren zich met wat de universiteit doet, ze geven daar graag les en ook de studenten ervaren het als positief om islamitische professoren te hebben,” zei Pater Generaal. “Het gaat dus niet alleen om formele manieren van dialoog. Ik denk dat de echte dialoog het delen van onze levens is.”

Boodschap voor jongeren

Voor jongeren heeft hij twee boodschappen. De eerste is dat ze actief zijn in deze veranderende wereld, om getuige te zijn van hun geloof binnen de veranderingen in de samenleving. “Christen zijn is niet: weggaan van. Nee, een jonge christen moet deel uitmaken van de nieuwste ontwikkelingen in de cultuur. Hij moet de media en de technologie gebruiken en daar getuigen van het evangelie.”

Zijn andere boodschap aan hen is om te denken aan de armen. “Jezus Christus leefde in een arme omgeving, dus als we volgelingen van Jezus willen zijn, kunnen we de armen niet over het hoofd zien.”

“De uitnodiging aan jongeren in de kerk – en aan de jezuïeten – is om dicht bij de armen te leven. Nabijheid bij de armen is een dimensie van ons christelijk geloof en deze brengt ons heel dicht bij Jezus' manier van doen.”