Is “Fratelli tutti” typisch jezuïtisch?

do 08 okt 2020
Is "Fratelli tutti" typisch jezuïtisch?

Wat is er typisch ignatiaans of jezuïtisch aan “Fratelli Tutti”, vraagt Nikolaas Sintobin sj zich af. Het antwoord op deze vraag is niet zo makkelijk. Ignatiaans is immers in de eerste plaats christelijk. Het eventuele ignatiaanse karakter van een tekst is dan ook nooit exclusief.

Wat is er typisch ignatiaans of jezuïtisch aan “Fratelli Tutti”, vraagt Nikolaas Sintobin sj zich af. Het antwoord op deze vraag is niet zo makkelijk. Ignatiaans is immers in de eerste plaats christelijk. Het eventuele ignatiaanse karakter van een tekst is dan ook nooit exclusief.

Dit belet niet dat ik in dit nieuwe document van het leergezag meerdere typische ignatiaanse kentrekken meen terug te vinden. Ik zal drie aspecten kort bespreken.

  1. Context

Typisch voor het ignatiaanse bijbelgebed is de aandacht voor de concrete context waarin het bijbelverhaal zich afspeelt: plaats, omgeving, geuren, kleuren enz. Dit maakt mogelijk dat het verhaal sterker tot leven kan komen. Het gebeuren of de boodschap wordt zo tastbaar en concreet, meer levensecht.

Diezelfde spirituele pedagogiek vind je in deze tekst. De Paus beschrijft er uitvoerig de covid-pandemie, de gevolgen van de digitale transitie, de vluchtelingenproblematiek, de alsmaar sterker worden invloed van economische dynamieken en, uiteraard, ook de milieucrisis.

Rechtstreeks gevolg is dat deze leerstellige tekst erg dicht komt bij de concrete ervaring van de lezer en deze ook daadwerkelijk kan bevragen.

  1. Inculturatie

In het pastoraat van de jezuïeten is er, van meet af aan, grote aandacht geweest voor inculturatie. Hiermee wordt bedoeld dat er bewust naar wordt gestreefd om de boodschap van het Evangelie uit te drukken en vorm te geven met elementen die ontleend zijn aan de concrete cultuur waarin ze verkondigd wordt.

Dit lijkt me het meest bijzondere aan deze tekst. Franciscus richt zich tot een cultuur die op heel wat plaatsen geseculariseerd is, multireligieus en geglobaliseerd. Zonder afbreuk te doen aan zijn christelijke, katholieke inspiratie, schrijft hij deze encycliek voor alle “mensen van goede wil”. Regelmatig vernoemt hij de andere godsdiensten en ook de agnosten en de atheïsten. Opvallend is dat Ahmed Al-Tayeb de Groot Immam van Al Azhar, en een van de grootste autoriteiten in de moslimwereld vijf maal wordt genoemd.

Deze aandacht voor en respect van de hedendaagse cultuur lijkt me te verklaren waarom dit leerstellig document zo vlot leest. De inculturatie maakt het tot een dialoogtekst waarmee de lezer op zijn beurt in dialoog kan treden.

  1. Tegenstellingen en verschillen zijn goed

Bijzonder is dat in deze tekst het woord onderscheiding niet gebruikt wordt. Nochtans weten we dat paus Franciscus de (ignatiaanse) onderscheiding van de geesten beschouwt als een noodzakelijk instrument voor christenen vandaag. Geen wonder dan ook dat ze tussen de lijnen door lijkt te worden verondersteld.

Het is inderdaad opvallend hoe Franciscus in deze tekst omgaat met de talrijke verschillen en tegenstellingen die onze cultuur, in al haar complexiteit, kenmerken. Hij ziet ze niet als een probleem dat uit de weg dient geholpen te worden. Wel als een bron van creativiteit en dus van groei en vooruitgang. Franciscus is wars van zwart-wit-tegenstellingen. Hij nodigt uit steeds weer voor- én nadelen te overwegen. Ook om de eigen traditie te durven laten bevragen. In vertrouwen, zonder angst.

Ook hier neemt de Paus de lezer ernstig door de facto beroep te doen op het persoonlijk vermogen tot onderscheiding.

Nikolaas Sintobin sj

  • Deze tekst is een aangepaste versie van een voordien verschenen bijdrage in het Katholiek Nieuwsblad

Infomomenten Geestelijke Oefeningen 2020-2021 3

Bekijk alle nieuwsberichten

Deel