Mieke de Loof schrijft misdaadromans waarbij het hoofdpersonage een jezuïet is.
Mieke de Loof schrijft misdaadromans waarbij het hoofdpersonage een jezuïet is.
Rinkelt er een belletje bij de namen Ignatz en Wolf? Ja? Dan behoort u tot de club van ingewijden en moet u grinniken omdat de twee opduiken op deze site. Nee? Dan is het de hoogste tijd dat u lid wordt van de club.
Ignatz en Wolf zijn romanpersonages die optreden in Duivels offer en Labyrint van de waan. Niks bijzonder, zult u zeggen, en wat valt er te grinniken. Spannender wordt het als u weet dat Ignatz en Wolf jezuïeten zijn en nog spannender als u weet dat Ignatz een geheim agent is en Wolf zijn opdrachtgever. U begrijpt nu waarom de ingewijden moeten grinniken. Jezuïet en geheim agent, overtreft de realiteit hier de fictie of de fictie de realiteit?
Duivels offer en Labyrint van de waan zijn de eerste twee delen van wat een cyclus van zeven romans moet worden, telkens met Ignatz en Wolf. Het gaat om historische romans want de auteur Mieke de Loof gebruikt het einde van de Donaumonarchie (1913-1918) als achterdoek voor haar romans. Met Duivels offer en Labyrint van de waan staat ze in een lange traditie van auteurs die de stad als metafoor gebruiken. Wenen in haar romans is een spiegel voor onze tijd.
Duivels offer en Labyrint van de waan zijn misdaadromans. Bewust worden hier niet de termen thriller en detective gebruikt want dan denken nogal wat lezers onder u dat het gaat om louter ontspanningslectuur of om verhalen die het moeten hebben van een sterke plot maar die niet beklijven. Er zijn ontstellend veel vooroordelen over het genre en wie er het minste over weet, laat er zich vaak heel geringschattend over uit. Goede misdaadromans zijn een meditatie over het kwade en in de Angelsaksische wereld hebben ze dat al veel langer begrepen. Daar heet een boek van John Le Carré bijvoorbeeld simpelweg novel, roman dus.
Duivels offer en Labyrint van de waan zijn meditaties over het kwade want het hoofdpersonage Ignatz moet telkens proberen moreel overeind te blijven in een corrupte wereld. Wat moet Ignatz doen als hij, in Duivels offer, op een netwerk van kinderprostitutie stuit maar vader Wolf hem vraagt zijn handen af te houden van de zaak? Zijn alle middelen goed als hij, in Labyrint van de waan, de strijd moet aanbinden met Sodalitium Pianum, een geheime fundamentalistische katholieke organisatie?
Ignatz zoekt steun en troost in gebed en meditatie en schuwt daarbij ook de onconventionele vormen niet. Hij is een getrainde karateka en loopt soms, als hij behoefte heeft aan innerlijke rust, kata’s, dat zijn stijloefeningen uit de karate. Zoals Maigret onafscheidelijk is van zijn pijp, zo is Ignatz onafscheidelijk van Handorakel, een boekje van Balthasar Graciàn sj, een Spaanse ordebroeder uit de zeventiende eeuw. Hij put innerlijke kracht door te mediteren over de levenswijsheden erin.
Mieke de Loof, socioloog en filosoof, gaat bij het schrijven van haar historische misdaadromans niet over één nacht ijs. Drie jaar lang deed ze grondig historisch onderzoek naar de periode voordat ze aan de romancyclus begon en voor elke roman doet ze nog aanvullend onderzoek. Op een subtiele manier verweeft ze feiten en fictie en gebruikt de fictie om de feiten beter te kunnen belichten. In het Nawoord van Labyrint van de waan licht ze die werkwijze toe.
Mieke de Loof schrijft klassiek Nederlands in een gebalde stijl. Er staat geen woord te veel. Je moet je tijd nemen voor Duivels offer en Labyrint van de waan. Dat is niet altijd even gemakkelijk want Duivels offer en Labyrint van de waan zijn vaak zo spannend dat je de neiging hebt om vlugger te gaan lezen.
Wilt u ook tot de club van de ingewijden behoren? Doe uzelf dan Duivels offer en Labyrint van de waan cadeau. Bent u al lid van de club? Wijd anderen dan in.
Rinkelt er een belletje bij de namen Ignatz en Wolf?