Paul Begheyn sj (1944)

Nederlander

Lees verder

Nederlander

Het gouden lied

Geest van God, komt naar ons toe,
steek ons aan vanuit de verte
met een vonk van jouw vuur.
Kom dan als een goede vader,
kom dan als een gulle gever,
kom dan als een licht in het hart.

Jij bent de beste trooster,
een welkome gast in ons,
een welkome verkwikking,
een rust in alle drukte,
een bries in volle hitte,
een troost bij onze tranen.

Zet met jouw allerzaligst licht
ieder van ons in volle gloed
tot in de uithoeken van ons hart,
want zonder jouw aanwezigheid
is het in de mensen leeg,
is er niets en niemand heel.

Was wie vuil geworden is,
drenk wie droog geworden is,
genees wie is gewond geraakt,
buig wie stram geworden is,
warm wie koud geworden is,
leid wie is verdwaald geraakt.

Geef ons wat wij durven vragen,
geef ons wat je geven kunt:
al jouw gaven, zeven maal.
Laat ons levend kracht ervaren,
laat ons stervend vrede vinden,
geef ons vreugde zonder einde.
Amen.

Uitnodiging  

Heb je dorst?
Kom dan bij mij.
Hier is water.
Kom bij mij,
ook al heb je geen geld.
Je kunt wijn drinken
en melk.
Het kost je niets.

Kom maar eten,
geld heb je niet nodig.
Trouwens,
waarom zou je je geld uitgeven
voor iets dat niet vult?
Waarom zou je in de beurs tasten
voor iets dat je honger niet stilt?
Luister toch naar mij,
dan krijg je echt brood.
Bij mij is er volop te eten.

Kom maar naar mij,
en open je oren,
luister naar mij.
Pas dan zul je echt leven!

Hoor je me goed?
We gaan samen verder,
voor goed.
Dat had ik je toch beloof,
weet je nog wel?

Ga dan naar God toe.
Als je zoekt
zul je hem vinden.
Roep maar om hem
want hij is vlakbij.