Joe Tetlow sj

Specialist Geestelijke Oefeningen

Joe Tetlow sj

Specialist Geestelijke Oefeningen

Specialist Geestelijke Oefeningen

Pater Joseph Tetlow, jezuïet, is directeur van het Montserrat Jesuit Retreat House in Lake Dallas, Texas (USA). Daar begeleidt hij retraites, workshops en schrijft hij. Voordien verbleef hij verscheidene jaren in Rome als hoofd van het algemene secretariaat voor ignatiaanse spiritualiteit en begeleidde er de werking van 250 jezuïetenretraitehuizen wereldwijd. In ruime kring wordt hij beschouwd als een van de vooraanstaande autoriteiten in geestelijke begeleiding.

In National Jesuit News maakt hij ons deelgenoot van enkele van zijn ideeën over wat het volgens hem betekent een geestelijke (bege)leider te zijn.
Wat is een geestelijke begeleider? “Iemand die mensen gaan opzoeken om geestelijke begeleiding te krijgen.”

Hoe weet je dan wie een goed geestelijke begeleider is? “Mensen blijven er heen gaan.”

Er zit natuurlijk een stuk waarheid in zulke uitspraken. Maar ze laten ook heel wat ongezegd. Ik geef nu al vijftig jaar op de een of andere wijze geestelijke begeleiding; aan scholastieken, aan tertiarissen, aan retraitanten, aan priesters en religieuzen, aan leken, mannen en vrouwen. Het is voor mij nog altijd een groot raadsel waarom mensen naar mij komen en ik naar een ander ga (alleen een gek geeft begeleiding zonder het ook zelf te vragen). Ik zie wel drie dingen die mensen helpen om te komen: charisma, positie en kunnen luisteren.

Charisma

Mensen komen omdat je een charisma bezit. Vele mensen hebben een gave die andere mensen ertoe brengt naar hen te komen met de vraag hen op hun weg te vergezellen of voor echte begeleiding. En, met enige vorming, kunnen zij geholpen worden. Jezuïeten hebben daaraan heel wat energie besteed, en nu nemen onze leken collega’s die dienst over. Inderdaad, we hebben in Montserrat nood aan veel meer geestelijke helpers. We kunnen niet iedereen helpen die erom vraagt.

Positie

De tweede duidelijke reden waarom mensen naar je komen: de positie die je bekleedt. Een aantal jaren geleden kwam er een priester me zeggen dat hij erover nadacht een tijdje verlof te nemen om over zijn toekomst een beslissing te nemen. Hij was naar me gekomen op grond van mijn taak van geestelijke begeleider van geestelijken. Een hele tijd waren we samen met zijn vraag bezig en baden we, en hij is een goede herder gebleven.

Het is nodig dat mensen weten dat aan jou iets vertellen is als een steen in een bron gooien. Waarheen gaat die? Ik zeg het zelfs niet aan wie tegenover mij zit. Zij moeten ook aanvoelen dat je weg weet met wat ze je ook vertellen. En wat dat kan zijn, kan heel verschillend zijn. Ik heb zo een man geholpen te breken met zijn business partner, een priester om te kiezen voor heiligheid, een vrouw om haar gebed te verdiepen, en iemand die aan zelfmoord dacht, te kiezen voor het leven.

Een jezuïet in Montserrat is daar, zoals dit in ieder jezuïetenretraitehuis het geval is, om een grote verscheidenheid van mensen te helpen.

Kunnen luisteren

Een derde reden waarom mensen naar je komen, is dat je bekend staat als iemand die kan luisteren.”Begin m et te luisteren en luister dan opnieuw”. Daarmee begint het seminarie over ignatiaanse begeleiding dat ik leid in de Perkins School of Theology, in de Southern Methodist University in Dallas. Dit luisteren is geen vaardigheid of gewoonte van de begeleider – het gaat trouwens helemaal niet over de begeleider. Het gaat over de mensen die naar je komen: zij moeten van je weggaan getroost en bemoedigd, omdat iemand naar hen heeft willen luisteren en hen gehoord heeft. Dit is de belangrijkste manier om mensen te helpen God te leren kennen: jij hebt hen laten ervaren dat zij gehoord werden.

Charisma, positie en luisteren zijn fundamenteel voor alle geestelijke begeleiding. Maar naar mijn ervaring moet ignatiaanse begeleiding in staat zijn verder te gaan. In haar aanpak kent zij een aantal specifieke punten, aan onze tijd aangepast. Ik noem er hier vier belangrijke.

Christus leren kennen

Eerst en vooral verlangt de ignatiaanse geestelijke begeleider vurig mensen te helpen om Jezus Christus te leren kennen. Het allereerste aandachtspunt is niet zijn roeping te vinden of zijn leven te beteren of geestelijke vooruitgang te maken. De vraag is niet: ‘Wie ben ik?”, De vraag is wie Jezus in mijn leven is. Dit is het wat je hen kan geven – op voorwaarde dat je dit ook te geven hebt. Nemo dat quod non habet. Leer dus Jezus beter kennen, bemin hem meer, en laat de leerling “als zijn leermeester zijn” (Lc 6,40).

Actieve God

Ten tweede: de God die wij zoeken is een actieve God. Onlangs zond ik een vrouw het telefoonnummer van een andere begeleider, omdat haar gebed om rust de God van de rust zocht. Ignatiaanse spiritualiteit zoekt de bezige God, actief in alle dingen, ons scheppend hier en nu. Dit houdt rechtstreeks verband met het derde punt van de Contemplatio: intieme kennis van God die in zijn gaven altijd actief is. Wij brengen de mensen naar Jezus van Nazareth die zei dat hij alleen maar kon doen “wat hij de Vader ziet doen” (Jo 5, 20). Wat de Vader ‘doet.

Onderscheiding

Ten derde: wij bieden “onderscheiding” aan. Het woord is niet ons privé bezit. In de Catechismus lezen we dat een ook een gehoorzaam geweten onderscheiding vereist. Maar wij bedoelen een speciaal soort van onderscheiding: de bewegingen van de geesten. We praten daar heel wat over, maar niet altijd heel correct. Sommigen doen aan onderscheiding om er achter te komen wat zij oprecht voelen en verlangen, in de hoop dat dit de wil van God is. Anderen zoeken uit hoe vertroosting en troosteloosheid te maken hebben met het dienen van God. Maar naar mijn ervaring zijn er niet zoveel mensen die slagen in een echt onderscheiden van de geesten in het dagelijkse leven

Het is kwestie van cultuur. De geseculariseerde Amerikaan kan de idee niet vatten van een geest, een andere dan de zijne, en dit in zijn eigen binnenste, en die ijverig aan het werk is met eigen doelstellingen en plannen. Het heeft me tientallen jaren gevraagd om de onderscheiding van de geesten echt te snappen, en ik werk er nog aan. En heel wat begeleiders die ik ken, als ze al weten waarover het gaat, zijn niet zo geneigd om deze werkwijze ook toe te passen.

Leiding geven

Tenslotte een vierde punt van ignatiaanse geestelijke begeleiding: de facto leid je mensen. Je doet dat niet altijd en met iedereen. Meestal treed je op als begeleider of als gids. Maar soms geef je echt wel leiding. Je zegt een diep ongelukkige vrouw, als haar gebed vooral een vorm van zelfbeklag is, dat ze anders moet bidden. Je draagt een jonge jezuïet op zijn gewone gebedspraktijk niet te veranderen. Je brengt een gehuwde vrouw tot nadenken, zeggende dat het wijs zou zijn een relatie die haar huwelijk verstoort, af te breken. Iets dergelijks doe je niet te vlug of zonder nadenken, en nooit te hard of alsof je een rechter was. Maar je doet het.

Echte begeleiding gaat in tegen het Amerikaanse, heel duidelijke individualisme. Wij verlangen heel sterk te weten en te hebben “wat ik zuiver en echt wil”. Niemand kan ons iets anders wijsmaken. Sr. Marian Cowan, C.S.J., een terecht heel bekende begeleidster, verkiest te spreken over een “geestelijk samen op weg gaan”. Dat is ook de opvatting, zo denk ik, van de meeste Episcopaalse en Methodist theologen. Het is een vruchtbare manier van werken en waarschijnlijk doen heel wat onder ons het meestal zo.

En het is ook zeer jezuïtisch. De reden? De eerste jezuïeten waren de eerste compagnons. Kijk wat er gebeurde als ze de Geestelijke Oefeningen deden? Meester Ignatius begeleidde hen, zonder twijfel in juist evenwicht met het rechtstreekse werk van de geest. Ieder maakte zijn levenskeuze, maar hield de beslissing voor zich. En dan op een dag op Montmartre vertelden ze elkaar wat ieder afzonderlijk gekozen had: een leven in apostolische armoede, Jeruzalem, Rome. Dezelfde keuze. Zou het een mirakel geweest zijn? Waarschijnlijk niet. Voor en buiten de retraite leidde Ignatius hen.

Sterven

Ik keer terug naar het punt waar ik vertrokken ben. Het is een mysterie waarom een zo onvolledig en onvolmaakt mens – wie is er eerlijker dat hij die in de mis zegt: “Ik heb gezondigd door mijn eigen fout” – , het is een mysterie waarom mensen naar zo’n persoon zouden komen. Het is vernederend. Het geeft ook een heel diepe voldoening. En het is een zeer indringende weg om aan zichzelf te sterven.

Bekijk alle portretten

Deel